dinsdag 22 februari 2011

Huisje aan zee

Gedoucht. Het is nog vroeg. De rest van het gezin ligt nog diep onder de dekens. Maar ik kan nooit blijven liggen. Thuis al niet, en hier al helemaal niet. De zee die zo dichtbij is, en die mij lokt. Ik moet eruit! Ik ga even aan de keukentafel zitten. En zie door alle ramen rondom een straffe wind en een scherpe zon. Lekker. Jas aan, sjaal hoog en lopen maar. Het park over, een zwaar houten hek door, en dan het schelpenpad. In minder dan vijf minuten sta ik middenin de duinen. Hoor vogels. En verder alleen maar wind. Denk: zee, rust, kracht, adem, ruimte. Een woordspin zou dochter dat noemen. Op die woorden loop ik verder. Een zandpad, pijnbomen, een bankje en daar… is de zee. Ik ga nog net niet rennen. Maar het voelt elke keer als thuiskomen.

woensdag 9 februari 2011

Cito-loterij

Dochter heeft vorige week de cito-toets gedaan. Samen met 7.000 andere kinderen in Amsterdam alleen al. Landelijk weet ik het even niet, maar ik vind dit getal al behoorlijk indrukwekkend. Nu is het afwachten wat de score is. Wie verzint er zoiets? Ik zie mezelf nog zitten, honderd jaar geleden (oké, vijfendertig), op een zonnige dag, met blote benen op het schoolmuurtje (dus deden ze dat later in het jaar dan nu blijkbaar). Zo bang dat ik het verknald had. Stiekem gebedjes richting hemel sturend (het was een christelijke basisschool): Lieve Heer, als ik naar het lyceum mag, dan zal ik nooit meer mijn zus pesten, nooit meer… enzovoorts. Weet niet meer wat ik beloofde, en ook niet of ik me daar aan gehouden heb (zal m’n zus eens vragen). Maar naar dat lyceum ging ik wel. Maar zo gaat het nu niet. Want met de uitslag is de ellende nog niet over. Want dan is er nog een loting in het spel. Dat is toch helemaal niet te geloven. Heb je alles goed gedaan, de cito overleefd; doe je ineens mee aan een loterij. Gelukkig heeft dochter voorrang, dubbel zelfs: zowel qua schooltype, als qua broer. Fijn, als je naar de school van je broer wilt. Maar dat wil ze eigenlijk niet. Maar beter van wel, houden we haar voor. Want de loting is dit jaar nog erger dan voorgaande jaren: 800 kinderen van de 7.000 gaan buiten de boot vallen, is de voorspelling. Da’s bijna 1 op de 10! We hebben er maar een rekensom bijgehaald om de keus voor haar (en onszelf) te versimpelen, een soort redactiesom is het eigenlijk: school A krijgt een 9, school B van broer een 7. Als je gokt op A, en je grijpt ernaast, dan loop je ook B mis (die zit zeker vol), en heb je grote kans op een 5 of lager (een rotschool waar je niet heen wilt, of die helemaal in IJmuiden of Purmerend ligt…). Herkansen is er niet bij. Kortom: ga voor die 7. Maar klopt die som wel? Eieren voor je geld kiezen, of helemaal voor die A gaan… Wat is wijsheid? Op beide scholen krijgen ze filosofie, dat dan weer wel. 

maandag 7 februari 2011

Kleedhokje

Verdorie: verkeerde keuze, op mijn 'vrije' maandagmiddag-voetbal-uurtje. Ik zou meteen aan de koffie en aan de laptop. Maar heb nu nog maar tien minuten, voor de parkeermeter gaat gillen. Maar ja hoor, aan het bordje 'sale' van de sportwinkel kon ik weer eens geen weerstand bieden. Ik zei hardop tegen mezelf: ik heb niks nodig. En toch liep ik naar binnen. Raar hoor. Ik wíl helemaal niet, ik mág helemaal niet (moneywise), en ik dóe het toch. Mannen kunnen dat niet begrijpen, maar veel vrouwen wel (hoop ik). En een kwartier later stond ik me in foute, te krappe en lelijke renbroeken, tennispakken en algemene sportspullen (voor op de camping ofzo) te hijsen. Te heet, geen zin om te passen en chagrijnig van het lelijke licht. Gelukkig was er niks bij. En kon ik met een opgelucht gevoel aan een ramp te zijn ontsnapt de winkel verlaten: pffff, weer geld bespaard! Geen tijd helaas, die ben ik kwijt. Hopelijk komt die wijsheid me ook nog eens aanwaaien. De volgende keer loop ik dus met opgeheven hoofd de Ausverkauf borden voorbij, al schreeuwen ze nog zo hard. Ik trap er niet meer in! Nog maar een koffie dan; goede voornemens moet je meteen vieren voordat je ze vergeten bent.