maandag 29 november 2010

File

Net thuis. Na tweeënhalf uur in de auto, van voetbalclub Buitenveldert naar huis... een rit van een kwartier. Nu zit ik met dochter onder een deken op de bank. "Ik heb 't echt he-le-maal gehad", zegt ze. Zelden verwoordde ze zo precies wat ik voel. Ze ziet er ook precies zo uit als ik (nu nog meer dan anders, bedoel ik): wit, moe en met rode blossen op de wangen. Ik durf het bijna niet te bekennen. Maar wat wás ik bang! De auto glibberde over de sneeuw, totaal geen grip. En waar we niet willoos glibberden stonden we stil. We deden een kwartier over de bocht van de parkeerplaats naar de VU. Daar stonden we vervolgens een kwartier stil. Dan maar omgedraaid, dacht ik, en over Amstelveen naar de A9 en via Badhoevedorp naar huis. Mijn hemel. Bij Uilenstede wilde ik al parkeren en een willekeurige student geld geven voor zijn kamer. Als ik maar niet meer in die auto hoefde zitten. En zo sukkelden en gleden we langzaam Amstelveen door, stonden we stil op de A9, namen toen toch maar de A10, waar we ook weer stilstonden. Maar inmiddels bad ik alleen nog maar in stilte dat we ooit veilig thuis zouden komen. En dat we de wc zouden halen.
Op het nieuws zeggen ze nu: de drukste avondspits ooit. Schrale troost: we hebben een historische avond meebeleefd. Ik ga nu een glas port achteroverslaan. Misschien dat ik dan warm word en het trillen stopt. Ik ga nooit, nooit, nooit meer mijn leven wagen voor een voetbaltraining in de sneeuw...

vrijdag 26 november 2010

Schoon

Weekend! En het huis is schoon. Zelf gedaan... En wie mij kent weet wat een strijd daaraan voorafgaat. Maar dit keer niet! Eigenlijk heb ik helemaal geen hekel aan schoonmaken. Maar het is zo zonde van mijn tijd. Niet dat ik daar nu altijd van die belangwekkende dingen in doe. Maar schoonmaken is nooit áf. Morgen ligt het stof er gewoon weer. Nutteloos. En belangrijk tegelijk. Want ik hou van schoon. Een klassiek dilemma. Tot vriendin M. zei: "Ik ken wel iemand. Ik zou het doen. De rust die je krijgt als je het uit handen geeft. Al was het mijn laatste geld!" Afijn, zo kwam twee jaar geleden een hulp in ons leven. En de eerste weken was het genieten. Maar daarna kwamen er ook twijfels. Echt goed deed ze het eigenlijk niet. En ik was minstens een half uur kwijt aan koffiedrinken. Mét iets lekkers natuurlijk, want ik ben de beroerdste niet. En er ging van alles stuk. Ze ging zo woest tekeer dat nu eens dit brak, dan eens dat (waaronder de stofzuiger). En omdat ze alleen op mijn vrije dag kon, ging ik soms op de vlucht voor de hulp de stad in. Daar werd het ook niet goedkoper van... Maar het was zo'n schat. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen. Tot ik voor mezelf begon. En onzekere inkomsten zou hebben. Dat was mijn alibi. En nu doen we het dus weer zelf. De kinderen stoffen, de man stofzuigt, de vrouw doet het waterwerk. En dat gaat eigenlijk best goed. Wát een rust!

maandag 15 november 2010

Warm!

In mijn wollen rokje, maillot en dikke jas ben ik hard naar de Keizersgracht gefietst. Onderweg had ik 't nog niet zo in de gaten. Maar wat is het warm! Ik kijk naar buiten, verdomd de lucht is blauw. Ik zit hier compleet uit de tijd te wezen. Loop een beetje voor de troepen uit, zullen we maar zeggen. Gelukkig zag ik meer mensen onderweg. Dikke laarzen (die gekke uggs) alom. Maar op dit moment lopen er werklui in witte overalls en t-shirt met korte mouwen door de achtertuin. Ze kijken me al licht bevreemd aan, of is dat maar verbeelding? Vanmorgen was ik nog uiterst tevreden: ik kreeg zin in whisky, zo in mijn toch wel Ierse outfit. Ik zag de open haard bij wijze van spreken al branden in het huisje op de heuvels. Maar nu, met de eerste koffie (nou ja, senseo kantoorcaffeïne) naast de laptop voel ik me toch vooral 'out of place, out of time'.  Ben nu nog de enige op kantoor, maar hoop snel op meer winterse collega's.

donderdag 11 november 2010

Scooter XL

Nee, ik heb geen scooter. Zou ik best willen, maar dan moet ik nog meer rondjes Sloterplas rennen. Ik wil toch ook wel erg graag kaasfondue blijven eten. En banketstaaf bij de thee. Dat soort dingen. Dit stukje gaat over een spelletje op mijn telefoon: scooter XL. En dan de Super Cheese variant. Het is een App (applicatie voor de telefoon), en mijn zoon heeft 't erop gezet. Ik kan er dus echt niks aan doen. Maar nu ben ik dus verslaafd... Het gaat erom dat je een muis op een scooter over balkjes moet laten rijden. Die balkjes hangen hoog boven een stad, met onregelmatige ruimtes ertussen. En boven die balkjes zweven kaasjes, en die leveren punten op. Als je die scooter niet op tijd laat springen, val je in het zwarte gat boven die stad. En ben je af. Klinkt stom? Is het ook. Maar desalniettemin zwaar verslavend! Het irritante is dat ik niet kan winnen van de kinderen. Tot gisteren. Toen haalde ik 98 punten! En daarmee heb ik mijn dochter verslagen, die staat op 90. Ein-de-lijk. Daarvoor heb ik twee weken geoefend! Tussendoor weliswaar, maar toch: hij gaat mee naar de wc en naar bed (stiekem, geluid uit). Nu mijn zoon nog verslaan. Die heeft er 180. Nog even oefenen dus. Eerst maar eens moed indrinken, met thee en een banketstaafje.

vrijdag 5 november 2010

Met de Pont

Afgelopen dinsdag was het zover: de inschrijving van mijn bedrijf bij de Kamer van Koophandel. Want weliswaar ben ik al even bezig, maar om facturen te kunnen schrijven (het leukste aspect van tekstschrijven, haha) moet je wel een btw-nummer hebben. Het was een regenachtige dag. En zelf was ik ook al snotterig. Dus ging ik met de tram; niet echt feestelijk (klamme regenjassen, de geur van opgedroogd nat, beslagen ramen). Toch voelde ik me feestelijk toen ik eenmaal buiten stond. Nu bestond ik pas echt. Ik had zin het te vieren. En dus liep ik naar het IJ, en nam de pont naar Noord. Geen idee wat ik daar ging doen, maar het water trok (als altijd). En toen wist ik het: Wilhelminadok. Daar had ik al zo vaak over gelezen. Daar ging ik lunchen. En het was precies de goede plek. Buiten voeren grote schepen langs de ramen. Aan de overkant zag ik Muziekgebouw aan 't IJ. Binnen was het warm, bijna huiselijk gezellig. En het scheelde niks of ik was gaan staan: Mensen, luister! Vandaag ben ik een eenmanszaak begonnen! Ik trakteer! Maar ja, daar moet je eerst facturen voor schrijven, of beter nog, het geld van binnen hebben. Dus hield ik het bij een broodje. Met een glas witte wijn, dat wel. En die factuur, die schreef ik de volgende dag. Dat er maar heel veel mogen volgen. Dan geef ik een feestje. In Wilhelminadok.