woensdag 22 juni 2011

De boot in (maar nu echt)

Dat bootje varen niet alleen maar ontspannend en gezellig is, hebben we vorige week ervaren. Zoon ging varen met vrienden, op de boot van een van hen. Een kajuitboot. Onzinkbaar, zou je denken. Maar helaas. Door een combinatie van factoren (drie jongens op een surfboard die getrokken werd door de boot, de vrij hoge snelheid en een plotselinge manoeuvre van de kapitein) werd de surfboard omlaag getrokken die op zijn beurt de boot opzij trok. En nu ligt die onzinkbare stalen kajuitboot op de bodem van de Sloterplas, op 25 meter diepte. Minstens. Je hart slaat over als je het hoort. Hoe fout had dat kunnen aflopen. Maar ze leven nog. En de boot blijkt verzekerd. Kortom, een naar ongeluk. Met relatief goede afloop. Een gemeende spijtbetuiging van de jongens, en hulp waar ze die maar kunnen bieden. En dan zand erover.
Maar nee. Deze 'Titanic' gaat nog een lange nasleep krijgen. Want twee van de eigenaren (het was het bezit van drie stellen) willen maximale boetedoening van 'die kutjongens die hun boot moedwillig tot zinken brachten'. Een maximale schadeloosstelling, die de ouders dan maar moeten opbrengen. En nu slaat mijn hart voor de tweede keer over. Want ik heb helemaal niet het gevoel dat mijn zoon iets verkeerd heeft gedaan. Er iets van geleerd moet hebben. Behalve dat een ongeluk in een klein hoekje zit. En dat je mensen pas goed leert kennen als de nood aan de man is...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten